In plaats van ons af te vragen wat er kan of mag, is het moment gekomen de vraag te stellen wat wij als mens en maatschappij eigenlijk willen van technologie.

Het belang van vertrouwen in (data-)innovatie heeft nog nooit zo onder druk gestaan als nu. Media wijzen op de reële schade aan het functioneren van democratie en rechtstaat. Het gemak waarmee big tech organisaties miljardenboetes ophoesten uit de kwartaalresultaten lijkt te betekenen dat die bedrijven nu effectief boven de wet staan. In dataverwerkende organisaties is het reputatieschade nu zorg nummer één bij het lanceren van nieuwe applicaties. Het lijkt van groot maatschappelijk belang het vertrouwen in innovatie te herstellen.

Een jaar na de introductie van AVG/GDPR zoeken politiek, media en de tech-sector zelf de oplossing daarvoor in nóg meer regelgeving. De vraag is evenwel of we daar de strijd om het vertrouwen mee winnen. Daar lijkt het niet op. Allereerst omdat ze complementair zijn aan vertrouwen: waar regels zijn, schiet vertrouwen blijkbaar tekort. Ten tweede omdat regels niet zozeer onze idealen reflecteren, maar grenzen stellen bij wat we echt onacceptabel vinden: er zit dus nogal wat ruimte tussen compliancy en vertrouwenwekkend gedrag. Ten derde lopen wet- en regelgeving per definitie achter op de razendsnelle ontwikkelingen in technologie.

NRC geeft in haar redactioneel van afgelopen vrijdag een interessante opening aan deze discussie. De krant wijst op het tekort aan ethische reflectie bij data-innovatie. En inderdaad: het is niet langer de vraag wat er kan of mag met technologie. Het is hoog tijd om ons af te vragen wat wij als mens en maatschappij eigenlijk willen van technologie. Wanneer vinden we technologie van waarde? En voor wie? Hoe maken we daar keuzes in? Dat is het terrein van ethische reflectie.

De vraag wat we van technologie willen levert innovatie op die in ons aller belang is, in plaats van slechts een commercieel belang. En consequent handelen in het belang van de ander is precies wat vertrouwen bij die ander genereert. Net als in de liefde.

De vraag wat we willen van techniek geldt bovendien voor iedereen, ongeacht rol of functie in de samenleving. Ze geldt voor burgers en consumenten, voor ambtenaren en politici, voor bazen en medewerkers in bedrijven. Op die manier doorbreekt ze de starre tegenstellingen tussen overheid, bedrijfsleven en consument. Nu alleen nog even zorgen dat iedereen die vraag ook gaat stellen.

Wat dat betreft hebben we de maatschappelijke wind in de zeilen. Nog nooit in de moderne geschiedenis zijn ethische overwegingen zo hip geweest als nu. De nieuwe generaties (Y en Z) zoeken in werk méér dan hun voorgangers naar zingeving, betekenis en gedeelde waarden. Olieconcerns zien dat hun grootste uitdaging niet langer in de grond zit maar in de schoolbanken: wie wil er nou nog werken voor big oil? Unilever is onder bewind van voorman Paul Polman een aanzienlijk duurzamer koers gaan varen, ver vóórdat wet- en regelgeving daar om ging vragen.

Dan is er de noodzaak van versnelling. Samenwerken vanuit vertrouwen innoveert veel sneller dan samenwerken via de afdeling legal. Het snelste vinkje voor goedkeuring van hogerhand is géén vinkje. Time-to-market bij productontwikkeling is nu zó kort dat vertrouwen tussen partijen hier een serieus concurrentievoordeel kan betekenen. En dan loont het als p[artij te vertrouwen te zijn.

Tenslotte is er weer de consument, die (data-)diensten krijgt aangeboden die hij niet kan begrijpen of beoordelen. Uit marketingliteratuur weten we dat in complexe aankoopbeslissingen het vertrouwen in merk en maker belangrijker zijn. Aanbieders hebben een zakelijke reden om dat vertrouwen te ontwikkelen.

Caroline Cadwalladr, journalist van de Guardian, onderzocht de invloed van Cambridge Analytica op opinievorming tijdens Brexit en de Amerikaanse presidentsverkiezingen. Zij vroeg in een recente TED-talk over dat onderwerp aan professionals in Silicon Valley of dit is wat zijn willen maken met hun kennis.

Maar begin rustig wat kleiner. Bijvoorbeeld door je kinderen, buren en vrienden te vragen wat zij de komende tien jaar eigenlijk willen van technologie.

En wat wilt u zelf eigenlijk?

Louis Huyskes (MSc, MBA) is merkontwikkelaar en board member van humanandtech.com